Cursus

In een aantal bijeenkomsten krijgen deelnemers een originele inleiding in de bijbelse, kerkelijke en religieuze beeldtaal. Deelnemers kunnen hun eigen zienswijze en beleving actief in te brengen. Er zijn meer dan twintig cursussen van verschillende lengte.
In overleg met de deelnemers kan een cursus van zeven of acht bijeenkomsten ook worden ingekort. Voor iedere cursus is voor de deelnemers tegen een geringe vergoeding een cursusmap beschikbaar.

Het kruis in de kunst

De cursus ‘Het kruis in de kunst’ wordt een veelomvattende ontdekkingstocht naar het symbool dat zo belangrijk is voor de identiteit van christelijke kerken en gelovigen. De kruisiging van Jezus was een wrede terechtstelling. Dat roept de vraag op hoe het kruis toch als positief werd geduid. Maar heel sporadisch is dat in beeld omgezet. Vanaf de regering van Constantijn de Grote speelt het kruis een belangrijke rol in de christelijke beeldtaal. Sindsdien is de betekenis van het kruis als symbool steeds veranderd, van triomfteken tot uitdrukking van het diepste leed . Ook speelt de legendevorming een grote rol in de manier waarop het kruis wordt weergegeven. In de cursus komen verschillende betekenissen die aan het kruis zijn toegekend aan de orde. De cursus is een verkenningstocht.

Openbaring in de kunst


Onder de boeken van het Nieuwe Testament neemt het boek Openbaring een eigen plaats in. De schrijver roept met duistere taal visioenen op die veraf staan van de bekende ervaringswereld. Het boek beschrijft dramatisch gebeurtenissen oorlogen, rampen, plagen, huiveringwekkende natuurverschijnselen en griezelige wezens die je soms ziet in fantasyfilms. Het boek is daardoor bij velen onbemind maar vreemd genoeg is het niet onbekend. Zo kennen veel mensen beelden die ontleend zijn aan het boek Openbaring: God als ‘oude van dagen’, het lam van God en de vrouw, bekleed met de zon en staand op een maansikkel. Zo zijn er meer beelden en begrippen uit dat ene boek Openbaring. In deze cursus komen vooral heel veel beelden aan bod, bekende en onbekende. Die krijgen pas betekenis binnen de samenhang van de tekst en daarom is het van belang om daar nader op in te gaan. Verder zal een aantal van de bovengenoemde beelden uit Openbaring nader aan de orde komen.

Gelijkenissen


Veel gelijkenissen uit het Nieuwe Testament hebben hun weg gevonden naar de beeldende kunst; in een korte cursus komen de bekendste aan de orde. Bij de eerste bijeenkomst staan gelijkenissen in het Mattheüsevangelie centraal; dat evangelie wordt vooral in een A-jaar (2023, 2026) gelezen.
De tweede bijeenkomst gaat over gelijkenissen die te vinden zijn in het evangelie van Lucas. De cursus maakt duidelijk dat de aandacht voor gelijkenissen in de loop van de tijd verschuift. Elke tijd heeft tot op zekere hoogte haar eigen gelijkenissen en plaatst daarbij eigen accenten. Zo is te zien hoe kunstgeschiedenis en kerkgeschiedenis met elkaar verbonden zijn en door elkaar heen lopen. Daarmee is de cursus een beknopte tijdreis.

In de ogen van Rembrandt


In 2019 is het 350 jaar geleden dat Rembrandt stierf. Het jaar 2019 wordt een Rembrandtjaar met een jaar lang overal exposities. Ook in Almelo staat Rembrandt het hele jaar op de agenda van V&T, onder het motto “In de ogen van Rembrandt”. We kijken naar zijn leven en werk waarin de Gouden Eeuw zich weerspiegelt: weergaloze welvaart en telkens weer oorlog, bloei van kunst en cultuur op allerlei gebied en religieuze onverdraagzaamheid, bittere armoede en rijkdom aan verscheidenheid. Rembrandt heeft het allemaal gezien en de sporen zijn in zijn werk terug te vinden. Heel veel werken van Rembrandt hebben een religieuze achtergrond of inhoud. In een aantal aspecten komt dat in de cursus aan de orde, geplaatst tegen de achtergrond van zijn tijd. Een uitgebreide beschrijving van de cursus vindt u hier:
Overzicht van de cursus “In de ogen van Rembrandt”

Geloven in 3D, beeldhouwkunst en christelijk geloof


3D staat voor driedimensionaal. Beeldhouwwerk met hoogte, breedte en diepte kun je aanraken. Oude beschavingen kenden al ruimtelijke kunst die waarschijnlijk een religieuze lading had. Mensen geloofden in 3D. Beelden krijgen door hun ruimtelijkheid een bijzondere uitstraling en geladenheid waarmee mensen gestalte geven aan hun verhouding tot goden en hogere machten. In de christelijke kunst zijn beelden in de ene periode sterk aanwezig; in een andere periode nemen ze een bescheidener plaats in. ‘Geloven in 3D’ belicht de christelijke kunstgeschiedenis vanuit een nieuwe optiek.

Relikwieën en bedevaarten

Bedevaarten zijn in onze tijd terug van weggeweest. In het vroege christendom bezochten gelovigen al de graven van heiligen en martelaren. Wat bewoog deze mensen? Vanaf de alleenheerschappij van keizer Constantijn (313) heeft een nieuwe spiritualiteit overal haar sporen nagelaten. Kapellen en kerken stonden bij of op de graven van de eerste martelaren. Hun relikwieën verleenden machthebbers in kerk en wereld aanzien; samen met bedevaarten vormt dit een twee-eenheid die het aanzien van Europa voorgoed heeft veranderd. Deze cursus vertelt het wonderlijke verhaal van het samengaan van deze twee met beelden uit de religieuze kunst.

Vroegchristelijke kunst, het begin

De eerste christenen hielden zich niet bezig met beeldende kunst. Dat had te maken met de Joodse wortels, maar hun aandacht was bovenal gericht op het spoedige aanbreken van het Rijk van God. Het einde van de wereld bleef uit en de christelijke gemeenten bleven bestaan en groeiden zelfs. Dat is opmerkelijk voor een beweging die toch vooral naar binnen gekeerd was en die hoge eisen stelde aan nieuwelingen. De positieve factoren worden in de inleiding kort benoemd. De cursusmap biedt uitvoeriger informatie. Christenen hadden deel aan de hen omringende cultuur en dat bepaalt ook de vorm van de eerste uitingen van christelijke kunst.

Protestanten en hun beelden

Reformatie en beeldenstorm lijken onlosmakelijk samen te horen. Toch is dat maar het halve verhaal. Protestanten ontwikkelen een eigen beeldtaal. Luther en zijn medestanders zagen al snel dat beelden voor de zaak van de reformatie van belang waren. Dat waren niet alleen afbeeldingen in vlugschriften maar ook schilderijen en met name in Lutherse landen indrukwekkende altaarstukken. Een verhaal apart zijn de schilderijen van bijna lege kerkinterieurs. In tekeningen, etsen en schilderijen vertelt Rembrandt op een geniale en persoonlijke manier het geloofsverhaal. In kerkgebouwen komt de kunst terug in ambachtelijke kunstnijverheid.. Het verhaal en de moraal van het protestantisme vinden vervolgens hun weg naar de huizen van welgestelde gelovigen.

Geloven in kunst

Een kennismaking met de kerkelijke beeldtraditie; In zeven thema ‘s (godsbeeld, paradijs, engelen, geboorte, Christusbeeld, wonderen, kruis) wordt de relatie tussen geloof en kunst verkend. Vertrekpunt is steeds een beeld uit de moderne kunst. De moderne kunst heeft de kerk vaarwel gezegd maar niet de christelijke beeldtraditie. Dat blijkt als we kijken naar de geschiedenis van de beelden van vroeger tot nu.

8 Psalmen


Psalmen opgevat als moderne poëzie, in samenhang met Nederlandse poëzie en kunst uit de 20e eeuw; Het lezen van Psalmen als eigentijdse poëzie is een boeiende ervaring. Met 8 Psalmen komen de eigen kenmerken van psalmteksten aan de orde en daarnaast de plaats van de teksten in het geheel van de Psalmenbundel. Moderne Nederlandse poëzie, toonzettingen van de Psalmen en moderne Nederlandse schilderkunst helpen bij het ontdekken wat Psalmen voor ons vandaag kunnen betekenen. Verschillende toonzettingen van de Psalmen brengen de traditie op een andere manier tot leven.

Profeten en evangelisten in beeld

Tekst en beeld versterken elkaar: De vier evangelisten (Mattheüs, Marcus, Lucas, Johannes) en de vier grote profeten (Jesaja, Jeremia, Ezechiël, Daniël) nemen in de religieuze kunst een grote plaats in. Niet alleen hun teksten en verhalen maar ook de personen zelf zijn veelvuldig uitgebeeld. Langs die beelden komen we de betekenis van profeten en evangelisten op het spoor voor mensen van vandaag. Voorbeelden uit de muziekgeschiedenis onderstrepen dat profeten en evangelisten ook daar hun sporen hebben nagelaten.

Kerkvaders en kerkmoeders


Vier kerkvaders en vier kerkmoeders, figuren die het geloof van de vroege kerk vorm gaven; In de kerkelijke kunst vormen de kerkvaders Ambrosius, Augustinus, Hieronymus en Gregorius een vast viertal. Zij bepalen het gezicht van de vroege Westerse, Latijnse kerk. In getuigenis, zelfonderzoek, studie en lofprijzing tonen ze belangrijke trekken van de theologie. De kerkmoeders Maria, Maria Magdalena, Catharina en Barbara voegen daar liefde, toewijding, vasthoudendheid en opofferingsgezindheid aan toe.

Talen naar geloof

De eerste concilies reikten woorden en begrippen aan voor het geloof die de eeuwen hebben doorstaan. De cursus laat zien hoe die begrippen zijn gevormd: de grote concilies uit de eerste eeuwen (Nicea, Constantinopel, Chalcedon) zijn doortrokken van de spanning tussen diepzinnigheid en ordinaire strijd om de macht, hartstochtelijke beleving en doordachte redenering. Op de grote Credo’s volgen steeds weer nieuwe vragen.

De kunst van het feestvieren.

Joodse feesten & gebruiken.De cursus tel, acht bijeenkomsten en daarom is uit de Joodse feesten een keuze gemaakt en niet alle feesten zijn feesten in de strikte zin van het woord, zoals Grote Verzoendag (Jom Kippoer). Joodse feesten omspannen de uitersten van ieder mensenleven. Feestvieren is een levenskunst. Joodse feesten hebben eigen rituelen en kenmerkende rituele voorwerpen. In de beeldende kunst en in de kunstzinnige vormgeving van voorwerpen vervaagt het verschil tussen hoge en lage kunst. Deze cursus heeft zijn doel bereikt als deelnemers de smaak te pakken krijgen van de kunst van het feestvieren.

Een nieuwe kennismaking met Jan van Eyck


In twee bijeenkomsten worden de belangrijkste kanten van het werk van Van Eyck belicht. In de eerste bijeenkomst staan we stil bij de periode waarin Van Eyck werkzaam was. De tweede bijeenkomst biedt een kennismaking met het werk van Van Eyck. Aan het werk van schilders als Van Eyck en Van der Weyden gaat geen lange voorgeschiedenis vooraf. Aan het eind van de 14e eeuw sluiten schilders in de Nederlanden in hun stijl aan bij de Internationale Gotiek. De tijd van deze ‘Vlaamse primitieven’, ruwweg de 15e eeuw, vormt een hoogtepunt in de schilderkunst. De gebroeders Van Eyck behoorden tot die generatie van schilders die in de Zuidelijke Nederlanden de schilderkunst tot grote bloei brachten.

Marc Chagall verbeeldt de Bijbel


In twee bijeenkomsten staan we stil bij het werk van Marc Chagall. De eerste bijeenkomst is een inleiding op de beeldtaal van Chagall. Te midden van andere modernistische stromingen ontwerpt hij een eigen beeldenwereld; die beelden keren als in een caleidoscoop in al zijn kunstwerken terug. De tweede bijeenkomst staat in het teken van de Bijbelse beelden; Chagall vertaalde de Bijbel naar zijn eigen beeldtaal en deed dat in vrijwel alle kunstvormen waarin hij uitblonk: schilderijen, etsen, pastels, tekeningen, glas-in-loodramen, tapijten en mozaïeken.

Verrukking en verschrikking – beelden van hemel en hel in de kunst


De uitersten van verrukking en verschrikking, voorstellingen van hemel en hel, zijn in kerken en in musea met religieuze kunst vaak samen te vinden. Die beelden lijken antwoord te geven op de vraag wat er met een mens gebeurt als hij of zij is gestorven. Maar dat is te simpel. Voorstellingen op timpanen en op schilderijen van ‘het laatste oordeel’ zijn dan ook geen illustraties bij Bijbelteksten. Die teksten zijn geen reisbeschrijving van een hiernamaals maar vormen een dringende oproep tot bezinning op de vraag wat er aan deze zijde van de dood werkelijk toe doet. Daar heeft de kunst zich dan ook op gericht. In vier cursusbijeenkomsten komen beelden uit vier periodes voorbij: vroegchristelijk en byzantijns, Middeleeuwen, Renaissance en barok, en de moderne tijd.

Leven met zeven


Zeven lijkt het ideale getal om orde te brengen in verschijnselen die ons anders al gauw verwarren door hun veelheid, bijvoorbeeld kleuren, dagen, werelddelen, planeten. De Bijbel heeft ook een voorkeur voor het zevental, van zeven dagen van de schepping tot zeven gemeenten in de Apocalyps. De kerkelijke traditie zet die lijn voort met bijv. zeven hoofdzonden, zeven smarten en zeven vreugden van Maria. In de kunst zijn ze allemaal terug te vinden. Omdat zeven heilzaam lijkt te werken in een dreigende chaos heet de cursus ‘Leven met zeven’. Na de inleiding zijn er nog zeven bijeenkomsten. Dan komen ook de 7 werken van barmhartigheid, deugden, sacramenten en kruiswoorden aan de orde. Opmerkelijk is dat deze zeventallen ook in de moderne kunst nog altijd meetellen!

Karel de Grote, strijder, leider, heilige


Karel de Grote overleed 1200 jaar geleden, op 28 januari 2014. 2014 is dus een Karel de Grote-jaar. Waar heeft keizer Karel zijn bijnaam ‘de Grote’ aan te danken? Voor zijn grootheid zijn goede redenen aan te voeren, toch staat ook vast dat hij voor velen een bedenkelijke reputatie heeft. Hij was vervuld van het geloof dat hij als vorst zijn onderdanen de weg moest wijzen naar het nieuwe Jeruzalem, maar dat deed hij dikwijls met buitensporig harde hand. Deze korte cursus van 2 dagdelen over Karel de Grote zoekt naar de sporen die hij heeft nagelaten in zijn rol als uitvoerder van een christelijk beschavingsoffensief

Randschrift, kunst van de apocriefe boeken


Rondom het Oude en Nieuwe Testament ligt een brede rand van boeken die deuterocanoniek of apocrief worden genoemd. Ze vormen een rand om de Schrift. Op schilderijen, tekeningen en gravures zijn onderwerpen en thema’s te zien die Bijbels aandoen maar die zijn ontleend aan die brede rand van geschriften rondom de Bijbel. Kunstenaars voelen zich er door aangesproken en uitgedaagd, soms tot in gedurfde details. In een cursus van zes dagdelen komt deze boeiende rand van de Schrift dichter bij.

God uit de gunst…God uit de kunst?


Hebben moderne kunst en christelijk geloof nog iets met elkaar te maken? In de tweede helft van de 19e eeuw maakte de beeldende kunst zich los van haar christelijke opdrachtgevers. Omdat de kerk op de ingrijpende politieke en cultureel-maatschappelijke ontwikkelingen geen antwoord heeft ontstaat een kloof met kunstenaars die wel aanvoelen en weten te duiden wat er gaande is. Hun beeld- en vormentaal ontlenen ze niet langer aan bekende religieuze vormen. Daarmee lijkt het alsof God uit de kunst verdwijnt. Maar nu het einde van de religie nog altijd niet aanbreekt zien we dat ook in de kunst religieuze thema’s in alle denkbare omvormingen nog altijd aanwezig zijn of terugkeren.
Als we die veranderde verhouding van geloof en moderne kunst in het zicht willen krijgen moet de blikrichting lopen van geloof naar kunst en niet omgekeerd. In deze cursus brengen de eerste twee bijeenkomsten de grote veranderingen in de 19e en 20e eeuw in beeld. Daarna kijken we door drie vensters naar de verhouding van geloof en moderne kunst: liturgie, kerkelijk jaar en Credo, de christelijke geloofsbelijdenis. De zesde bijeenkomst toont wederzijdse herwaardering van christelijk geloof en moderne kunst.

Jheronimus Bosch 500 jaar onsterfelijk


In 1516 overleed Jeroen Bosch, de bekendste zoon van ’s-Hertogenbosch. In dit 500e sterfjaar staat zijn werk weer volop in de belangstelling. Hoogtepunt is een grote tentoonstelling in het Noord-Brabants Museum in Den Bosch. Over het leven van deze kunstschilder is weinig bekend maar iedereen kent zijn bizarre fantasiewezens; die gedrochten bevolken een wereld waarin het gaat om de keuze tussen goed en kwaad. Jeroen Bosch is in zijn schilderijen een zedenmeester die de toeschouwer met zijn gedrochten bij de les wilde houden. De cursus verkent in twee bijeenkomsten de wondere wereld van Jeroen Bosch waarin bovenwereld en onderwereld door elkaar lopen. De wereld van het licht, van Vader, Zoon en heilige Geest is volop verweven met de bizarre wereld droomwereld waarin mensen, dieren en dingen wonderlijke gedaantes kunnen aannemen.

Cranach en het beeld van de Reformatie

De Reformatie bracht vernieuwingen in de kunst. Bij Reformatie denken we al gauw aan beeldenstorm en niet aan het scheppen van beelden. Toch was het er tegelijk. Al direct na 1517 werden beelden vervaardigd van Luther als reformator; tegelijk kwamen er verbeeldingen van de nieuwe geloofsopvattingen. Dat gebeurde stelselmatig. Het beeldrecht voor Luther was in handen van vader en zoon Cranach. Hun schildersatelier in Wittenberg zorgde ook voor aansprekende beelden van de nieuwe geloofsvorm. De kunstenaars maakten daarbij dankbaar gebruik de uitvinding van de drukpers. De cursus laat zien hoe het beeld van de Reformatie zich ontwikkelde. Lucas Cranach de Oudere bleef intussen ook werk uitvoeren voor katholieke opdrachtgevers. Dit alles komt in een cursus van vier bijeenkomsten aan de orde.

Comments are closed.